• Als vriendenteam in de Nederlandse amateurtop basketballen, tegen teams uit Groningen, Delft en Tilburg. Het klinkt als een sprookje, maar voor de Klipperstars uit Nieuw-Lekkerland is het wekelijkse kost. Ze spelen al jaren samen en nemen het op tegen verenigingen met veel grotere mogelijkheden. Met succes, want het einde is nog lang niet in zicht.

    In de kantine van Sporthal de Klipper, thuisbasis van de Klipperstars, is het nog erg rustig als Ricardo ’t Hoen (22) binnenkomt. Ricardo is een van de spelers in een team dat de afgelopen jaren in de Nederlandse amateurtop meespeelde en daarin ook prima meekwam, tussen teams uit grote steden als Groningen en Amsterdam. Dat is al bijzonder voor een vereniging uit het kleine Nieuw-Lekkerland, maar wat Ricardo’s team zo speciaal maakt is dat de jongens al jarenlang met elkaar basketballen en samen de hele jeugd hebben doorlopen. “Als een speler wat moeilijker meekomt op dit niveau, zetten we gewoon allemaal een stapje erbij.”

    In 2020 had de Nederlandse Basketball Bond (NBB) 60.000 leden, verdeeld over meer dan 300 verenigingen. Daarmee is basketbal een van de grotere teamsporten in Nederland, maar kan de sport bij lange na niet tippen aan bijvoorbeeld voetbal, volleybal en hockey. De professionele competitie in het Nederlandse basketbal is de Eredivisie en de Dutch Talent League (DTL). De DTL is de hoogste competitie van de jeugd (21 jaar of jonger) en wordt gevolgd door verschillende amateurcompetities. Van deze competities is de tweede divisie het hoogst haalbare. In deze competitie was het team van Ricardo t’ Hoen in de jeugd actief. Daarnaast wordt er elk seizoen gestreden om de Basketball Cup, waarbij het mogelijk is dat amateurs en profs tegen elkaar spelen. Zo moesten de Klipperstars enkele jaren geleden tegen de Landstede Hammers uit Zwolle spelen, een van de grootste verenigingen van het land.

    “Toen we de poulefase van de Basketball Cup uitkwamen moesten we gelijk tegen het eerste team van Zwolle, op dat moment regerend landskampioen. Je eerste reactie is: Shit, dit gaat heel lastig worden. Ze zijn zo bizar goed. We speelden in Zwolle, dus wij gingen met een bus daarheen. Zo konden er ook supporters mee. Op het moment dat je die zaal binnenloopt weet je echt niet wat je ziet. Het is zo vet om daar te zijn. In onze sporthal heb je een kleine tribune, maar daar heb je gewoon twee ringen, als een soort arena. We zijn kansloos afgedroogd, maar een prachtige ervaring rijker.”

    De reacties van bezoekende teams in Nieuw-Lekkerland zijn soms iets minder enthousiast. “Die jongens komen de sporthal binnen en zeggen dingen als: ‘Dit is wel iets anders dan Denemarken hé.’ Dan zijn ze daar op trainingskamp geweest. Pasgeleden hadden we een team dat op de koeien moest wachten. Ze denken wel even van die ‘boeren’ te winnen, maar gaan meestal zonder punten weer terug naar huis.’

    Dat is heel knap. De Nieuw-Lekkerlandse basketbalvereniging heeft namelijk in veel leeftijdscategorieën maar 1 team, terwijl veel verenigingen uit dezelfde competitie selectietrainingen moeten doen om het beste team bij elkaar te krijgen. De jongens uit Ricardo’s team spelen al sinds de Under12(U12) samen en de samenstelling is de afgelopen jaren amper veranderd. Als team moet je het dus doen met wat je hebt. Om die reden hebben de jongens wel verschillende dingen afgesproken. Zo wordt er bijna niet gerookt en op vrijdagavond geen alcohol gedronken. Daarnaast is bijna elke speler minimaal twee keer per week in de sportschool te vinden.

    “Het probleem bij een vriendenteam is dat er een redelijk verschil in kwaliteit tussen de spelers zit. Sommige jongens zitten dus regelmatig lang op de bank, maar ook van hen merk je de support. Langs de kant zit iedereen te schreeuwen en te juichen. Ze drinken na de wedstrijd gezellig een biertje mee en horen net zo veel bij het team als de topscorer. Dat is de kracht van ons team.”

    “Vroeger vonden we het erg lastig om kritiek op elkaar te hebben en een ander te wijzen op zijn fouten. Het zijn toch je vrienden. Tegenwoordig gebeurt dat steeds meer, al leidt dat soms wel tot ruzie of frustraties. Gelukkig zijn die ruzies altijd snel opgelost, soms al op het veld. We hebben als team wel echt de drang om het maximale eruit te halen.”

    Die drang brengen de jongens ook over op de jongere teams. Ook de U18 speelt in de tweede divisie, met een team dat al jaren ongeveer dezelfde samenstelling heeft. Uitzonderlijk, zeker als je bedenkt dat Nieuw-Lekkerland maar 10.000 inwoners heeft en er in het team bijna geen spelers van buiten het dorp spelen. Ricardo is trainer van het team en denkt te weten wat de reden daarvoor is. “Ze nemen de Drive en Dedication die wij hebben over. Die mentaliteit scheelt al heel veel tijdens een wedstrijd. Natuurlijk is talent belangrijk, maar met training en doorzettingsvermogen kun je al ver komen. Daarnaast geef ik ook alles wat ik bij Heren 1 leer door aan de jongens die ik coach.”

    Er valt genoeg te leren in het team van Ricardo. Sinds dit seizoen zijn de spelers te oud geworden om in de jeugd te mogen spelen. Hierdoor zijn ze Heren 1 geworden. In tegenstelling tot de jeugdteams zit geen leeftijdsgrens aan Heren 1, dus de coach van het jeugdteam besloot om zich als spelers bij het team te voegen. Sindsdien hebben de Klipperstars een Amerikaanse coach van hoog niveau, die een hele wereldreis achter de rug heeft. Bradley Melton gaf al training op het tweede niveau van de Verenigde Staten, in Luxemburg en in Australië. Daarnaast speelde hij op een hoog niveau in de Verenigde Staten, hét land voor de basketballiefhebber.

    “De coach is rond de 60 en heeft al veel clubs door heel Europa en de VS gecoacht. Hij vindt het heel leuk om kleine verenigingen te helpen met zijn kennis over basketbal. Vooral verenigingen uit dorpjes, omdat hij zelf ook is opgegroeid in een dorpje in de VS. Alles wat hij voor ons doet komt voort uit een enorme passie voor basketbal.”

    “Datzelfde geldt ook voor ons. Iedereen doet het bij ons voor het plezier, sociale contacten en passie voor de sport. Er zijn vroeger wel scouts langsgekomen van bijvoorbeeld Rotterdam, maar eigenlijk zag niemand het zitten om zo ver en vaak te reizen. Tegenwoordig komen er eigenlijk geen scouts meer, maar spelers blijven altijd vrij om te gaan. Door ons hoge niveau komt er soms wel interesse vanuit spelers van andere clubs, maar als ze aansluiten zijn ze vaak ook vrij snel weer weg. Het kan lastig zijn om aan te sluiten bij een vriendenteam dat al zo lang samen speelt.”

    “We zijn dit seizoen een klasse lager gestart, omdat we een nieuwe trainer kregen en voor het eerst naar de senioren gingen. Daarnaast kregen we wat nieuwe spelers, die al bij Heren 1 speelden. Op dit moment winnen we bijna alles, dus waarschijnlijk zitten we volgend jaar weer in de tweede divisie.” De tweede divisie is bij het senioren (volwassen) basketbal niet het hoogste amateurniveau, aangezien er ook nog een eerste divisie is. In de jeugd bestaat die eerste divisie niet.”

    In totaal hebben maar 6 Nederlanders in de NBA, het hoogste niveau van de Verenigde Staten en de sterkste competitie van de wereld, gespeeld. De laatste was Francisco Elson, die als enige Nederlander de NBA heeft gewonnen. Toch is Elon volgens velen niet de beste Nederlandse NBA-speler ooit, aangezien dat plekje voor de extreem lange Rik Smits is gereserveerd. De Eindhovenaar van 2.24 meter is nog altijd een van de langste NBA-spelers ooit en werd in 1998 als enige Nederlander ooit verkozen tot All-star, het team met de beste spelers van die jaargang. Na 2012 is er geen Nederlanders meer actief geweest in de NBA.

    Om het basketbal in Nederland te promoten probeert de NBB een heuse identiteitswijziging in de sport door te voeren. Er komt een nieuw logo, nieuw tenue, nieuwe naamgeving en een nieuw platform. Vanaf 2019 heet elke nationale selectie ‘Orange Lions’, ook het vrouwenelftal dat eerst de ‘angels’ werd genoemd. Het doel is om basketbal groter te maken in Nederland en een gemeenschappelijk gevoel op te roepen onder de slogan: ‘READY TO ROAR!’

    Nu weer terug naar de Klipperstars. Hoewel goed presteren en hoog spelen enorm leuk en goed is voor de vereniging, brengt het ook problemen met zich mee. Meedoen in de hogere competities kost namelijk een hoop geld. Geld dat in de grote steden wel te krijgen is, maar voor een vereniging uit Nieuw-Lekkerland toch een stuk lastiger te vinden is. Eventuele sponsors krijgen minder aandacht, omdat de supportersaantallen gewoon niet zo hoog zijn als bij de grote verenigingen. Vooral uit liefdadigheid en binding met de club wordt Klipperstars door verschillende bedrijven gesponsord. Om dit te compenseren wordt er via social media alles aan gedaan om de sponsors te promoten en in een goed daglicht te zetten.

    Ricardo 't Hoen: “We gaan als vereniging echt vol op zoek naar sponsors. Iedereen vraagt het aan zijn kennissen, aan kennissen van kennissen of gewoon aan iedereen die hier in de buurt een bedrijf heeft. Voor een vereniging is het natuurlijk top dat er twee teams zo hoog spelen, maar dat betekent ook dat we scheidsrechters en inschrijfgeld moeten betalen. Daarnaast heb je materiaal nodig voor de trainingen. Dat gaat al snel om duizenden euro’s per jaar.”

    “Het is niet zo dat er niemand op de tribune zit, integendeel. We hebben elke week tussen de 75 en 100 toeschouwers, maar bijna iedereen komt uit Nieuw-Lekkerland. Voor bedrijven uit de streek levert sponsoring genoeg op, maar grote sponsors van buitenaf komen niet zo snel naar Nieuw-Lekkerland.” De Klipperstars moeten dus hard werken om genoeg geld te verdienen voor de vereniging. De facebookpagina staat vol met clubacties, sponsorfilmpjes en reclame voor plaatselijke bedrijven. Dat levert weer support op. Zo heeft het plaatselijke eethuis De Molen een Klipperstars shoarma op het menu staan.

    Basketbal leeft dus in Nieuw-Lekkerland. Dat is te zien tijdens de wedstrijden. De tribune zit behoorlijk vol en zeker vanaf de reservebank is de steun aan het team duidelijk te horen. Op het veld laten de Klipperstars zich tegen de ongeslagen Green Eagles van hun beste kant zien. Hoewel ze al snel tegen een achterstand aankijken, wordt de schade via twee driepunters van Ricardo ‘t Hoen snel gerepareerd. Ondanks wat slordigheden gooien de Klipperstars, mede door zes driepunters van t’ Hoen, de wedstrijd in het slot. Gejuich weerkaatst in sporthal de Klipper. De Klipperstars blijven ongeslagen en komen stap voor stap dichter bij een terugkeer in de tweede divisie.